Scripture – Handelingen 17:11 “zij (in Berea) namen het Woord met alle bereidwilligheid aan en gingen dagelijks de Schriften na, of deze dingen zo waren – en Paulus geest werd in hem geprikkeld toen hij zag dat de stad (Athene) zo vol afgodsbeelden was“
Observation – De reis gaat verder, naar Tessalonica en Berea en verder nog, naar Athene. In Tessalonica en Berea brengt Paulus het Evangelie eerst onder de daar wonende Joden in de synagoge door hen uit het Oude Testament (de Schriften) uit te leggen hoe en waarom Jezus de Messias is en waarom Hij moest lijden. We zien twee zeer verschillende reacties.
In Tessalonica moeten ze niets van deze nieuwe Schriftuitleg hebben en komen er maar weinig tot erkentenis van de Waarheid. Maar het merendeel zet ook hier het volk tegen hen op, deze keer uit jaloezie (:5-9).
In Berea is het helemaal anders. Men neemt de Schriftuitleg van Paulus van harte aan en velen komen tot geloof (:10-12). De mensen in Berea zijn een voorbeeld voor ons. Zij toetsten de Evangelieverkondiging aan het Woord!
In Athene is het een heel ander verhaal, hier wonen weinig Joden. Paulus loopt door de stad en ziet werkelijk overal om zich heen afgodsbeelden, zo veel dat zijn “geest in hem geprikkeld” werd (:16).
Hij hield DAAROM gesprekken met Joden en “vereerders” en op de markt met iedereen die hij daar vond – daarom, omdat hij verontwaardigd was. Maar hij vond een aanknopingspunt in een beeld met het opschrift “aan een onbekende god“.
Dat gebruikt hij dan ook om aan de Atheners het Evangelie te brengen. Nu doet hij dat niet met het benoemen van teksten uit de Schriften, maar met woorden die de Atheners snappen zonder buiten de paden van de Schrift te gaan. Hij verkondigt hen de Waarheid met begrippen uit de Schrift, en met citaten van hun eigen dichters.
Pas als hij bij de lichamelijke opstanding van Jezus uit de dood komt haken ze af. In de Griekse filosofie moest men van het stoffelijke, van het lichamelijke, niet veel meer hebben, dus een lichamelijke opstanding vond men totaal onnodig en wilde men dus ook niet aannemen. Hun reactie is geringschattend: “nou, daar zullen we het nog wel eens over hebben” (:32). Toch kwamen ook hier “enigen tot geloof” (:34).
Application – Ik weet niet hoe het jou vergaat als je dit hoofdstuk leest, maar ik krijg verlangen naar meer kennis van de Schriften. Het moet toch geweldig zijn om met zulke vrijmoedigheid religieuze mensen te kunnen meenemen door het Woord en hen te laten zien wat het Goede Nieuws is!
Ook laat dit gedeelte zien dat het goed is om je te verdiepen in waar de niet-religieuze mensen (zeg maar de heidenen) zich mee bezig houden. Ik zal je eerlijk zeggen dat dit laatste me het minste trekt. Paulus laat echter zien dat het wel moet gebeuren en dat juist daar de vrucht het grootst is.
En natuurlijk, het voorbeeld uit Berea. Toetsen wij onze prediking / predikers nog aan de Schriften? En als we het vermoeden hebben dat we dingen horen die niet kloppen met wat de Bijbel zegt, staan we dan op en spreken we onze oudsten er op aan?
Prayer – Vader dank U wel voor het Goede Nieuws van het Evangelie dat we vrijmoedig mogen brengen. Dank U Here Jezus dat we mensen mogen vertellen van de genade die U met Uw leven hebt laten zien en die U met Uw dood en opstanding ook voor ons beschikbaar hebt gemaakt. Dank U dat U met Uw Heilige Geest ons de woorden zult geven die we mogen spreken.