Wandel in het licht

Wederom een stukje uit 1937, uit het tijdschrift “Kracht van Omhoog”.
maar indien wij in het licht wandelen, gelijk Hij in het licht is, hebben wij gemeenschap met elkander; en het bloed van Jezus, zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde.” (1Joh.1:7, NBG51)
Dit is een zeer bekende tekst. Vooral het laatste gedeelte ervan, wat ik zelf dan ook dikwijls gebruikt heb. Toch word ik de laatste tijd meer en meer bepaald bij het woord zonde. De zonden, die wij gedaan hebben, zijn ons vergeven door het bloed van Christus; maar zonde doelt op het wezen van de zonde in ons.
Wat zou toch de oorzaak zijn, dat vele kinderen van God niet gereinigd kunnen worden? Verlangen ze daar niet naar? Zeker wel! Wil God ons soms niet reinigen? Onnodig om hierop te antwoorden! Wat zou dan toch wel de oorzaak zijn, dat veel van Gods kinderen met hun zonden blijven zitten? 
Dit is de oorzaak: ze praten wel over zonde, maar in werkelijkheid is deze geen zonde voor hen geworden. Men heeft wel spijt van verschillende onvolmaaktheden zoals bijvoorbeeld toorn, drift of lichtgeraaktheid, maar daar kom je niet verder mee. Kaïn had ook spijt, dat hij zijn broer doodsloeg. Saul had ook zo nu en dan spijt, dat hij David naar het leven stond. Judas riep ook uit: “Ik heb verraden onschuldig bloed”. Ook iemand uit de wereld kan nog wel zeggen “ik heb er spijt van”, maar het werd en wordt niet tot zonde voor hem. En dat is nu juist waar het op aan komt.
Wordt iets voor ons tot zonde, dan worden of beter gezegd, dan zijn wij er ook van verlost. God verlost ons alleen van zonde, en niet van ‘minder mooie dingen’.
Vandaar dat, zodra wij de Heilige Geest toegang verlenen tot ons hart, deze dingen ons tot zonde worden gemaakt. Hij alleen overtuigt van zonde (Joh.16:8). Ik denk dat hiermee het vraagstuk is opgelost, waarom veel van Gods kinderen nog dingen doen, die anderen niet meer kunnen doen, want God houdt er geen lievelingskinderen op na. 
De oorzaak is echter, dat de een wandelt in het licht van de Heilige Geest, zodat alle dingen die het licht niet kunnen verdragen, openbaar worden in Zijn licht. 
De ander wandelt bij het licht, (niet er in) en daarom kan het licht niet alles openbaar maken en de zonde blijft verborgen. Als de dingen ons niet tot zonde zijn geworden, kan God ons er niet van verlossen. Daarom is het goed, om aan God te vragen: “Heer, maak alles wat U niet behaagt, tot zonde“, en de verlossing is dáár.
David had gezondigd, maar hij zag het niet als zonde. Toen hij echter riep “ik heb gezondigd tegen U”, toen kon God hem helpen en werd hij behouden.

J.W. v. H. Kracht van Omhoog, nr.3, 1937


One Reply to “Wandel in het licht”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.