Homoseksualiteit

Scripture – Romeinen 1:20 “Want hetgeen van Hem niet gezien kan worden, zijn eeuwige kracht en goddelijkheid, wordt sedert de schepping der wereld uit zijn werken met het verstand doorzien, zodat zij geen verontschuldiging hebben


Observation – Dat God bestaat kan iedereen weten die kan nadenken. Dat is vanaf de schepping al in die schepping neergelegd, en kan worden gezien en erkend voor iedereen die ook maar een beetje verstand heeft. Dat is wat Paulus hier schrijft. 


Ondanks dat gaan mensen toch hun eigen weg. Buiten God om lopen hun eigen overleggingen op niets uit en dan “is het duister geworden in hun onverstandig hart” (:21). Ze vervangen de majesteit van God door beelden van wat vergankelijk is.

Het is om die reden, “Daarom” (:24), dat God hen overgeeft aan hun eigen hartstochten en onreinheid. Ze vereren en dienen het geschapene in plaats van de Schepper.

Gevolgen hiervan die Paulus noemt zijn onder andere seksuele onreinheid van vrouwen die omgang hebben met vrouwen, en mannen met mannen. Het woord dat hier in het Grieks wordt gebruikt voor ‘omgang‘ is het woord “chrēsin“, wat letterlijk betekent ‘gebruikmaking’. Het wordt vaker gebruikt voor geslachtsgemeenschap.

De normale heteroseksuele omgang wordt door Paulus de ‘natuurlijke’ omgang genoemd, in die zin dat ze overeenkomst met hoe God het heeft bedoeld, intieme geslachtsgemeenschap in een monogame relatie van één man met één vrouw.

In de Grieks-Romeinse cultuur was homoseksualiteit tussen mannen, en meer nog die van mannen met ‘knapen’, een aanvaard verschijnsel. Zowel op basis van het Oude Testament als in het Nieuwe Testament wordt hiertegen gewaarschuwd (vgl. 1Kor.6:10, 1Tim.1:10).

Omdat dit zo is, geeft God hen nu niet alleen over aan deze onreinheid, maar ook aan een “verwerpelijk denken” (:28). Het Griekse woord onder ‘verwerpelijk’ is ‘adokimon’. Het grondwoord is ‘dokimazō’, dit staat voor onderzoeken, op de proef stellen, als beproefd erkennen, geschikt achten. De ontkennende vorm ‘adokimon’ in deze tekst betekent zoveel als het ‘na erover nagedacht te hebben, het toch waardeloos of afkeurenswaardig vinden’ om God te erkennen.

Deze mens sluit God heel bewust buiten zijn leven.

Dit is de kern van de reden waarom God hen overgeeft aan een waardeloos, afkeurenswaardig en verwerpelijk denken en een verwerpelijke levenspraktijk. Die overigens niet louter uit de beschreven homoseksuele praktijken bestaat, maar ook uit allerlei andere zaken, die worden genoemd in de volgende verzen (29-32).

Application – Dit is wel een bom van een tekst! Hoe ga ik, hoe ga jij, nu om met je homoseksuele medemens?

Ik voor mij heb hier erg veel over nagedacht en er tot op de dag van vandaag niet een eenduidig antwoord op gevonden. Ik houd mij het beeld van Jezus maar voor, van Wie ik weet dat Hij nog nooit een zondaar heeft veroordeeld, maar wel de zondige daden van de zondaar. Hij houdt van de mens, maar niet van de zonde.

Dat stelt echter mijn homoseksuele medemens niet gerust, want die wil erkend worden in zijn ‘zijn zoals hij is‘.

Gemakkelijke antwoorden bestaan hier niet. Het uitzonderen van homoseksualiteit in het rijtje van de andere zonden die in de laatste verzen ook worden genoemd is niet terecht. Immers ‘wie een van de geboden overtreedt, overtreedt de gehele wet’.

De uitzonderingspositie die de seksuele zonden toch (juridisch onterecht) in zich lijken te hebben, hangen meer samen met de emotionele lading die het praten er over met zich meebrengt, omdat de seksualiteit wordt ervaren als een onderdeel van wie we zijn.

Prayer – Vader dank U wel dat U van mensen houdt en verlangt naar herstel van relatie met Uw schepselen. Dank U wel Here Jezus voor Uw nimmer aflatende trouw aan ons mensen en Dank U dat U ons met Uw Heilige Geest wilt leiden in liefde, ook in dit lastige onderwerp.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.