Scripture – Romeinen 6:23 “Want het loon, dat de zonde geeft, is de dood, maar de genade, die God schenkt, is het eeuwige leven in Christus Jezus, onze Here“
Observation – Dit hoofdstuk is niet in één dagstudie uit te leggen – dat geldt voor ieder hoofdstuk in de Bijbel, maar voor sommige nog wat meer. Dit hoofdstuk is (voor mij in elk geval) een van de kern-hoofdstukken uit het Nieuwe Testament. Paulus zet zaken tegenover elkaar.
Hij begint in de vorm van een vraag met een vervolg op de genade uit het vorige hoofdstuk, “zullen we dan maar blijven zondigen, zodat er nog meer genade komt“? Natuurlijk niet. Wij zijn “der zonde” gestorven.
Ons vlees, onze oude mens, is in onze doop begraven met Christus in zijn dood; “dit weten wij immers, dat onze oude mens medegekruisigd is, opdat aan het lichaam der zonde zijn kracht zou ontnomen worden en wij niet langer slaven der zonde zouden zijn” (:6).
En omdat onze oude mens dood en begraven is, zijn wij juridisch vrij van schuld: “want wie gestorven is, is rechtens vrij van de zonde” (:7).
Waarom? Omdat we in Christus’ opstanding ook een nieuw leven mochten ontvangen! “Zo moet het ook voor u vaststaan, dat gij wèl dood zijt voor de zonde, maar levend voor God in Christus Jezus” (:11). De zonde voert geen heerschappij meer over ons (:14)! Halleluja!
Eerst waren we slaven van de zonde, en moesten we daaraan wel gehoorzamen, maar nu zijn we echt (“van harte“) – zie ook Jeremia 31:33 – bereid om te gehoorzamen aan het onderricht van Christus (:17). Nu – in onze nieuwe staat – hebben we “als vrucht onze heiliging en als einde het eeuwige leven” (:22).
Application – Ik mag weten dat mijn oude zondige mens dood is! Ik ben daarmee rechtens (‘de jure‘ of juridisch) vrij van schuld en sta niet meer onder de heerschappij van de zonde! Zondig ik dan niet meer? Ja, net als iedereen zondig ik nog steeds wel eens (‘de facto‘ of in de praktijk). Maar door mijn opstanding in de doop en door de wedergeboorte wordt mij dit niet meer aangerekend wanneer ik het belijd (1 Johannes 1:9).
Weet jij voor jezelf dit ook zeker? Zo niet, bidt om de leiding van de Heilige Geest en lees de hoofdstukken 6, 7 en 8 van de Romeinenbrief goed door!
Prayer – Vader dank U wel voor Uw geweldige genade op genade, dat wij in en door het offer van Uw Zoon onze Here Jezus onszelf vrij mogen weten van schuld. U hebt ons Vrijgemaakt Here! Dank U wel dat Uw Heilige Geest ons dit wil helpen zien!